C1 Interpersoonlijk competent

Het gaat er hierbij om dat de student:

  • met een open houding naar leerlingen luistert, contact maakt en met hen communiceert
  • Een klas zowel leiding als begeleiding geeft
  • Leerlingen z nodig confronteert
  • Gevoel heeft voor de groepscultuur, 
zodat er een goede sfeer van samenwerken en omgaan met de leerlingen ontstaat

Bijbehorende mogelijke gedragsindicatoren
De student kan zorgen voor een prettig leerklimaat.
Dit is te zien doordat hij/zij:

  • goed verstaanbaar en op gevarieerde toon spreekt
  • Vriendelijk, respectvol en op positieve wijze met leerlingen omgaat en contact maakt
  • Enthousiasme uitstraalt
  • Mondeling en schriftelijk taalgebruik aanpast bij het niveau/belevingswereld van de leerlingen
  • Een effectieve lichaamstaal hanteert
  • Leiding  aan een klas / groep geeft
  • Een klas / groep begeleidt
  • Regels en afspraken met leerlingen maakt
  • Zich aan de gemaakte afspraken houdt
  • Oog heeft voor verschillen tussen leerlingen
  • Inspeelt op verschillen (in communicatie en de onderwijsactiviteiten

Geen opmerkingen:

Een reactie posten